In mijn blog van 3 weken geleden meldde ik al dat “mijn” account manager van de Belastingdienst op bezoek zal komen voor onder meer een aantal door mij veroorzaakte procesverstoringen (o.a. aangifte- en betaalverzuimen OB en nihilaangiften OB).
Onder het grote voorbehoud dat ik allemaal goed heb begrepen wat de account manager mij probeerde uit te leggen (en eigenlijk snap ik nog steeds niet waarom de Belastingdienst werkt zoals ze thans werkt):
- Belangrijk is te weten dat ik GEEN (!) aangiften omzetbelasting verzorg en/of bij de Belastingdienst indien
- Nogmaals, ik dien per jaar niet één aangifte omzetbelasting in
- Ergo, er kunnen dan ook onder mijn beconnummer geen aangiftenverzuimen of nihil-aangiften omzetbelasting bestaan
- Kleine accountantskantoren en ook administratiekantoren verwerken de financiële administraties van mijn klanten en die kantoren dienen daarna met hun eigen Beconnummer die aangiften omzetbelasting bij de Belastingdienst in.
Gezien het vorenstaande kan er onder mijn Beconnummer dus geen sprake zijn van aangiftenverzuimen, et cetera.
Maar wat is de verklaring van de account manager?
Ik vraag voor een groot deel van mijn klanten uitstel voor het indienen van de jaarlijkse aangiften aan. En ja, daarvoor moet ik mijn Beconnummer gebruiken.En nu komt ‘t: die klanten zijn door mijn uitstelaanvraag vervolgens “met alles” gekoppeld aan mijn Beconnummer.
Hoewel de accountants- en administratiekantoren dus met hun eigen Beconnummer BTW-aangiften indienen, worden die aangiften gekoppeld aan mijn Beconnummer.
Hoe bizar is dat en waarom gebeurt dit zo? De account manager weet trouwens de reden van deze werkwijze ook niet.
Het vreemde en m.i. ook ongewenst effect is dat de moeilijke(re) aangiften inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en vennootschapsbelasting
– welke ik op verzoek van andere kantoren verzorg en welke aangiften onder mijn Beconnummer vallen wegens het aanvragen van de uitstelregeling, maar
– waarvoor die andere kantoren de financiële administratie verzorgen en met hun eigen Beconnummer BTW-aangiften doen
– dat die aangiften ineens op mijn Beconnummer worden geregistreerd en dat terwijl ik niet eens een machtiging heb om voor die klanten BTW-aangiften t edoen!
Wie dit nog begrijpt, mag trachten het mij uit te leggen.
En dan de zogenoemde nihil-aangiften omzetbelasting
Ik verwacht dat deze “procesverstoring” helaas een blijvertje is.
Wat is het geval?
Tijdens onze bespreking zijn we vanwege de AVG weliswaar niet ingegaan op detailniveau (BTW-nummers), maar hebben we wel degelijk gesproken over een mogelijke oorzaak van nihil-aangiften BTW (in het algemeen).
In een situatie dat feitelijk sprake is van een fiscale eenheid voor de omzetbelasting ex artikel 7 lid 4 wet op de omzetbelasting 1968, vraag ik voor die klanten haast nooit (meer) een beschikking fiscale eenheid aan. Voor die klanten wordt door de voor mijn klanten werkende accountants- en administratiekantoren de BTW als volgt aangegeven:
– Alle relevante BTW-gegevens van zowel de moeder-BV als de dochter-BV(‘s) worden aangegeven in de BTW-aangifte van de moeder-BV en
– Voor de dochter-BV wordt dan een nihilaangifte ingediend.
Vorenstaande werkwijze is volgens mij conform de wet op de omzetbelasting 1968.
Feitelijk ligt de oorzaak van de nihil-aangiften omzetbelasting aan het system van de Belastingdienst. Wanneer de Belastingdienst in de BTW-aangiften de vraag opneemt of de desbetreffende BV onderdeel is van een fiscale eenheid en zo ja, welke, dan kan de Belastingdienst in zijn eigen system opnemen dat voor die BV geen aangifteplicht voor de omzetbelasting meer geldt.
Geen aangifteplicht = geen nihil-aangiften = is geen procesverstoringen meer.
De accountmanager durft dat laatste niet in zijn verslag op te nemen en vermeldt het volgende:
“Tijdens de voorbereiding op ons gesprek heb ik geconstateerd dat bij uw kantoor, voor de jaren 2022 en 2023, het percentage nihil-aangiften voor de omzetbelasting hoger is dan het gemiddelde percentage bij kantoren met een zelfde omvang.Tijdens het gesprek zijn we niet afgedaald tot detailniveau maar is het gesprek algemeen gehouden. Het betreft in eerste instantie een bespreekpunt. Mocht het percentage in de toekomst wederom hoger zijn dan het gemiddelde percentage bij kantoren met een zelfde omvang dan zal ik met u een gesprek voeren waarbij we zullen inzoomen op detailniveau van uw klanten.”
en ook
“Ik heb met u afgesproken dat ik bovenstaande zal blijven monitoren, indien ik constateer dat processen niet naar behoren verlopen dan zal ik u contacteren.”.
Hoe je de teksten van de account manager ook leest en interpreteert, de Belastingdienst zal zijn administratieve werkwijze niet veranderen en hij blijft mij “monitoren”. Feitelijk geeft de account manager aan dat de oorzaak van die procesverstoringen bij mij ligt (quod non).
Gelukkig eindigt de accountmanager helemaal aan het einde van zijn verslag met:
“U heeft schriftelijk op bovenstaand verslag gereageerd. Hierin benadrukt u dat onder uw beconnummer geen aangiften omzetbelasting worden verzorgt en ingediend en heeft u uitleg gegeven m.b.t. 2 bespreekpunten.
Tijdens mijn bezoek was het woord procesverstoring een verkeerde keuze. Hier was vraagpunten beter op zijn plaats geweest. Zeker nadat u uitleg had gegeven, zie ook bijlage, waaruit blijkt dat er geen verstoringen aanwezig zijn.”.
Om maar te eindigen met Shakespeare: Much Ado About Nothing