Dit is de eerste regel van een vers over karma.
De inhoud en strekking van deze regel geldt naar mijn mening zeker voor ondernemers.
De beide vennoten van een vennootschap onder firma hebben al geruime tijd verschil van inzicht over het te voeren ondernemingsbeleid. Ultimo 2019 besluiten zij om als vennoten ieder hun eigen weg te gaan en daarom:
- Worden de bedrijfsactiviteiten met ingang van 1 januari 2020 gestaakt
- Wordt al het personeel ontslagen respectievelijk bij andere werkgevers ondergebracht en
- Begint iedere vennoot zijn eigen bedrijf/onderneming.
Door de start van eenieders bedrijf hebben de beide voormalige vennoten onvoldoende tijd en animo/interesse (!) om alle lopende zaken van de v.o.f. goed en volledig af te wikkelen. Daar komt nog bij dat door het aan het vertrokken personeel moeten betalen van transitievergoedingen “de kas leeg is”. Als gevolg van het ontbreken van geldmiddelen blijven sommige crediteuren onbetaald.
Gelukkig is inmiddels het bedrijfspand verkocht met een flinke overwaarde en na de levering ervan zullen er voldoende liquide middelen zijn om alle crediteuren te betalen.
Echter, door het gebrek aan liquide middelen – maar ook door de afwezigheid van voldoende interesse en verantwoordelijkheid bij de vennoten – worden de verzekeringspremies voor de nog niet verkochte auto’s niet betaald; die auto’s worden weliswaar niet gebruikt, maar de kentekens zijn niet geschorst.
En dan plots, volkomen onverwacht, blijken er in de brievenbus van het bedrijfspand (welke nog niet is geleverd) voor 6 bestelauto’s zogenoemde “Verkeersboete-beschikkingen” te liggen. De hoogte van elke beschikking is € 409,–.
Omdat geen van beide vennoten de moeite heeft genomen om de post door te nemen:
- Ontvangt de v.o.f. vervolgens een aanvullende beschikking, maar nu is het bedrag per beschikking verhoogd naar € 609,– en
- Nog recentelijk ontving de v.o.f. wegens het uitblijven van betalingen op de eerdere beschikkingen, voor elke bestelauto het bericht dat de beschikking thans € 1.209,– bedraagt.
Ja, en dan moet je weten dat de RDW, naar aanleiding van het met ingang van 19 mei 2020 hervatten van de betalingen van verzekeringspremies, heeft geconstateerd dat – dus – op 18 mei 2020 de bestelauto’s niet waren verzekerd. Dat is pas echte rocket science, toch?
Cijfermatig werkt dit voor de bestelauto’s als volgt uit:
- 6 bestelauto’s
- Achterstand/onbetaald gebleven premies WA-verzekering € 875,–
- Huidige “Verkeersboete-beschikkingen” € 7.254,–
Uiteraard zijn de 6 “Verkeersboete-beschikkingen” de eigen schuld van de beide vennoten, maar ik ben wel van mening dat in relatieve en in absolute zin sprake is van een wanverhouding tussen de overtreding en de boete.
Het is ook niet voor niets dat juist vele schuldhulpmaatjes, sociale dienstmedewerkers, bewindvoerders, et cetera al jaren melden dat met name deze forse verhogingen niet bijdragen tot het oplossen van financiële problemen. Ze vinden dat deze boetes/verhogingen, nota bene opgelegd door de overheid (Ministerie van Justitie en Veiligheid), alleen zorgen voor nog grotere problemen; daar moet dan ook zo spoedig mogelijk een einde aan komen. Voorlopig is daarvan echter nog geen sprake.
De hiervoor aangehaalde beide vennoten hebben het geluk dat zij uit de netto-opbrengst van het verkochte bedrijfspand alle schulden kunnen betalen. Ze zullen dan ook geen financiële problemen houden. Feit blijft wel dat de verhogingen/boeten zeer, zeer fors en eigenlijk niet meer van deze tijd zijn.
Mijn advies is niet moeilijk te voorspellen: Zorg dat je tijdig aan al je financiële verplichtingen voldoet en dat je bij eventuele betalingsproblemen altijd contact opneemt met de crediteuren.
Je bent immers de eigenaar van je daden.